Hoewel de storm van enkele weken geleden zorgde voor veel overlast en er zelfs drie dodelijke slachtoffers in Nederland waren te betreuren, kan het voor ijsvogels ook een probleem op de woningmarkt oplossen. IJsvogels broeden normaal gesproken het liefst in een zelf gegraven gang in een steile oever van een beek of rivier, welke door afkalving zijn ontstaan. Helaas ontbreekt het daar in ons gecultiveerde land vaak aan, in het verleden is ruim 90% van alle beken en waterlopen gekanaliseerd, waardoor deze steile oevers grotendeels waren verdwenen. In de 90-er jaren zijn er gelukkig veel herstelprojecten gestart om veel beken hun oude meanderende loop weer terug te geven. Vaak worden dergelijke projecten in de eerst volgende lente al beloond met een broedend paartje ijsvogels, zoals hieronder in de Swalm in Swalmen.

Op water- en visrijke locaties waar van nature geen of weinig steile oevers aanwezig zijn, bijvoorbeeld het Nationaal Park De Biesbosch, zijn ijsvogels aangewezen op een alternatieve strategie, er wordt gebruik gemaakt van de kluit van een omgewaaide boom. Vooral als deze aan het water is gelegen – dit is echter geen vereiste – en voldoende ‘diepte’ biedt, is het een goed alternatief voor een steile oever. In bijvoorbeeld de Biesbosch vinden de meeste ijsvogelpaartjes een geschikte nestgelegenheid in een dergelijke kluit. Na een aantal jaren zorgen wind, regen en waterslag er echter voor dat het zand uit een boomkluit wordt gespoeld en blijft er slechts een wirwar aan wortels over.
Daarom is een storm zoals die van enkele weken geleden voor de ijsvogels in indirecte zin erg waardevol. Alleen al langs de Maas bij Waalwijk waaiden over een lengte van zo’n acht kilometer, zeven flinke bomen om. Wanneer ze niet geruimd worden vormen hun kluiten een mooie kans voor een ijsvogelpaar om in het voorjaar te gebruiken als nestgelegenheid. Laten we hopen dat de waterschappen ze zoveel mogelijk laten liggen, zodat er meer broedgelegenheid is voor deze prachtige vogel.